<![CDATA[boeken om te blijven lezen - De geur van toen]]>Mon, 02 Jun 2025 22:55:30 +0200Weebly<![CDATA[Met een hond aan je zijde]]>Sun, 01 Jun 2025 07:56:35 GMThttp://www.hofkes.ch/de-geur-van-toen/met-een-hond-aan-je-zijdeAfbeelding
De laatste meters, de man stond naast ons, een vraag in zijn ogen. Mijn hond, stamelde ik, wij hebben de gondel gemist, maar hij is te klein om nog uren en uren te lopen. Ach, mijn hond. Ik kon niet meer, ik haspelde, ik hakkelde, ik snikte.

Een blik, een glimlach, de man wees op zijn rugzak. Kom maar hier kleine hond, zei hij, dan skiën wij samen naar beneden waar jij en ik op jouw baasje zullen wachten.

Mijn hart danste, mijn voeten zweefden. Met een hond aan je zijde is er altijd een vriend die je helpt wanneer jij niet meer verder kunt.

(Uit: "Wanneer jij er niet geweest was")

]]>
<![CDATA[Het geluid van sneeuw]]>Sun, 01 Jun 2025 07:49:51 GMThttp://www.hofkes.ch/de-geur-van-toen/het-geluid-van-sneeuwAfbeelding
Vier korte, dikke poten. Een staart, een lieve kop, daartussen een mollig lijf met ergens in dat lijf een blaas die altijd vol is. Te vol, voor een hondje van nog geen vier maanden. Daarom lig je naast mij, in je eigen bedje.

Ik word wakker door een geschuifel in de kamer. Het is nog geen drie uur. Met één sprong heb ik een jas aan, voeten in sandalen, samen naar buiten. Nog net op tijd.

Ik kijk verwonderd om mij heen. Wat gister groen, grijs of bruin was, is nu egaal wit. Alles is bedekt onder een dikke, witte laag sneeuw. Het knispert en kraakt onder mijn stappen. Ik voel de kou aan mijn blote voeten, maar ik zie ook, boven mij, een overweldigend mooie sterrenhemel. Wij lopen naast elkaar naar boven, de berg op. Het is te mooi om nu al weer terug naar huis te gaan..

Jij hobbelt tevreden naast mij. Jij licht en ritmisch, mijn stappen dof. Het geluid van de sneeuw. Jij voelt meer nog dan ik de stilte, tastbaar aanwezig. Het omhult ons in een nieuwe intimiteit. Spontaan komen mij lang vergeten zinnen in herinnering, zinnetjes die ik zachtjes prevel. Heel zachtjes om deze wonderlijk mooie stilte niet te verbreken. Een stilte die ons omgeeft. Een stilte die vesterkt wordt door de enkele vlokken plof-plof van de takken op de grond.

“Unter diesem Sterrenhimmel muss ein guter Vater wohnen”. Je kijkt mij vragend aan. Je begrijpt de woorden niet, maar je verstaat ze wel. Jij denkt aan de sporen die jij, maar ik niet, ziet,. De sporen van de hazen, de reeën en de vogels in de sneeuw, van de vele knaagdieren onder de sneeuw. Elk spoor is voor jou een verhaal uit een boek dat je altijd bij je draagt.

Voordat ik de voordeur open, kijk ik om. In het licht van de maan zie ik een slingerend pad naar boven met naast elkaar grote voetstappen, kleine pootjes en voor mijn oog onzichtbare vele sporen die elk een eigen verhaal vertellen.

]]>
<![CDATA[Nooit zal ik vergeten]]>Sun, 01 Jun 2025 06:57:14 GMThttp://www.hofkes.ch/de-geur-van-toen/nooit-zal-ik-vergetenwat ik toen zag:
Afbeelding
Uit: "Het hondje van hun jeugd"

]]>
<![CDATA[Het hondje van hun jeugd]]>Sun, 01 Jun 2025 06:52:43 GMThttp://www.hofkes.ch/de-geur-van-toen/het-hondje-van-hun-jeugdToen wij niet meer nadachten, wisten wij: uit "Het hondje van hun jeugd"
]]>
<![CDATA[Bob]]>Sun, 01 Jun 2025 06:46:54 GMThttp://www.hofkes.ch/de-geur-van-toen/bobBob ging voor hem zitten, legde een poot op zijn knie. Zijn blik zei: ik weet wat je voelt, ik begrijp je.

Afbeelding
Uit het boek: Wanneer jij er niet geweest was".

]]>
<![CDATA[De klank van galop]]>Sun, 01 Jun 2025 06:37:23 GMThttp://www.hofkes.ch/de-geur-van-toen/de-klank-van-galopAfbeelding
Je neus weet dat zij komen, ver voordat ik dit weet en ver voordat wij de koeien zien. Dan horen wij dravende poten op de weg, deze dag zoals iedere dag. Het geluid van de bellen. De geur van koe, warmte, mest, stro vult de lucht. Jouw kop gaat omhoog, je wacht op Appie, de kleine Appenzeller van de boerderij hier verder op.

Achter de laatste rij koeien komt hij, neus tegen de achterpoten van de laatste koe. Met rust en precisie loodst Appie de kudde over de weg, langs ons huis. Een korte blik van Appie ontmoet jouw blik. Wat zeggen jullie tegen elkaar? Eén seconde is genoeg voor veel woorden.

Je kijkt toe, maar niet lang. Je gaat mee in het ritme van de koeien, je herkent in Appie hetgeen je bent. Je moet mee met de roep van de Sennenhond, met de ritmische draf van de poten, Je bent nog toeschouwer, maar niet lang meer. Een koe dreigt te ontsnappen. De koe maakt zich los uit de rij, draaft een tuin in. Jouw neus, jouw lijf, jouw instinct doet wat geen mens jou heeft kunnen leren. Je brengt de koe terug in de kudde, draagt hem over aan Appie. Samenwerken is voor jou samen met een ander doen wat nodig is. Ieder doet zijn deel, het totaal telt. Je geniet van het ritme, het samen werken. Je weet wat daarvoor nodig is. Mij heb je niet nodig. Daarom laat ik je gaan.

Samen met Appie breng je de koeien door het open hek naar de wei. Het hek wordt gesloten door de man die nu achteraan loopt, sloffend, het werk is volbracht. Samen met Appie loop je terug, zij aan zij. Tot jouw huis. Daar vind je mij. Ik zie je blik. Ik begrijp je gevoel. Het is goed zoals het is. Morgen ben je weer Sennenhond, nu ben je enkel weer mijn Goos..



]]>
<![CDATA[Denk je dat ik eens groter word?]]>Sat, 31 May 2025 10:19:03 GMThttp://www.hofkes.ch/de-geur-van-toen/denk-je-dat-ik-eens-groter-wordUit het boek "Blijf bij mij tot ik groter ben"

denk jij dat
ik eens groter word,
zo groot misschien
als jij?

zou het niet veel
fijner zijn als wij
samen spelen konden,
ik en jij?

oh Bram, jij bent meer
dan groot genoeg, er is
voor mij geen groter vriend
dan jij

Afbeelding


]]>
<![CDATA[De warmte van Bella]]>Sat, 31 May 2025 10:09:08 GMThttp://www.hofkes.ch/de-geur-van-toen/de-warmte-van-bellaAfbeelding
Het is lente, bijna zomer. De stal naast ons huis is verlaten. De koeien staan nu hoog op de alp, de hele zomer lang. Even kijken, Goos de stal in? Je kijkt mij aan. Je aarzelt. Ga je met mij mee?, vragen je ogen. Als je dat fijn vindt, ga ik met je mee.

Het is donker in de stal. In de hoeken ritselt een dier. Wij zien nog net een staartje dat wegglipt. Ik kijk naar de ruimte voor de koeien, de zes voerbakken, ieder zijn eigen voerbak. Maar nu is het leeg en kaal.. Het voelt verlaten. Jij kijkt naar mij, zullen wij weer gaan? Wij stappen naar buiten, de zon verblindt ons. Het voelt goed om weer buiten te zijn.

Dan op een dag hoor ik jou op weg naar de stal piepen, je versnelt je pas. Ik kan je niet bijhouden. Je rent voor mij uit. Jij bent mij vergeten. Het is de geur die jou trekt. Pas dan zie ik wat jij al wist: een varken, een rond, roze, gul, warm varken. Het ruikt naar zon en stro. Het varken holt naar de omheining., naar jou toe

Zij steekt haar lange, roze snuit door de spijlen en vindt jou. Zo simpel kan een liefdesverklaring zijn. Zo simpel wordt liefde beantwoord.

Ik vertel jou over de laatste dag, de laatste dag voor het vertrek dat nu heel nabij is, de laatste keer dat jij Bella zult zien. Bella behoort tot jouw leven, jij neemt haar mee, haar gulle warmt, de herinnering aan haar grote roze snuit, aan al dat zacht en lief is, aan haar ongeremde natte knuffels op jouw grote hondenkop.

Wanneer wij nu in gedachten langs de stal lopen, zie ik jouw glimlach, ik zie ook Bella. Lieve, warme, zachte Bella, de gulle liefde van jouw jeugd. 


]]>
<![CDATA[De taal van de kat]]>Sat, 31 May 2025 05:56:19 GMThttp://www.hofkes.ch/de-geur-van-toen/de-taal-van-de-katAfbeelding
Het is geen gewone kat. Hij is zeker twee keer groter dan iedere andere kat die jij ooit hebt gezien in de nog geen zes maanden van jouw rustige leven. Cappucino ziet jou als een jonkie, een broekje, een hondje dat hij maar al te graag eens de oren wast.

Sneller dan jij met je korte, dikke puppypoten is Cappucino de houten trap opgegaan: Het was geen vlucht, maar een statige opgang. Cappuccino vlucht nooit. Dat heeft hij niet nodig. Hij praat met zijn staart, zijn ogen, zijn blik. Een taal die iedere hond verstaat.

Cappucino staat nu bovenaan de trap die loopt aan de zijkant van de stal. Hij gaat liggen op het smalle bordes bovenaan de trap, vlak voor de opening van de hooischuur. Daar wacht hij op jou. Cappucino weet dat je komt, hij weet dat je deze uitdaging niet kunt negeren.

De blik van Cappuccino is vast en onbuigzaam. Zijn blik is een grens, zijn poot een poort. Jij aarzelt. Je voelt dat jullie elkaar niet begrijpen, maar je weet niet goed wat je wel kunt doen. Je kijkt mij aan. Respect voor de kat betekent geen nederlaag, geen blijk van zwakte. Ik kan jou dit niet vertellen. Jij moet dit zelf  ervaren door nu het juiste te doen, door afstand te nemen en Cappucino de ruimte te geven die hij nodig heeft. Laat geen misverstand ontstaan doordat jullie elkaar niet begrijpen.

Een kat is een staart, een blik, een grens. Een hond is een spel, contact, een vraag. Ik zie je staan op de bovenste tree van de houten trap. Je kijkt nog één keer naar mij om. Dan trek jij je terug. Je komt de trap af, langzaam, voorzichtig. Je weet nog niet dat deze eerste ontmoeting met een kat jou de meest waardevolle lessen van je leven geleerd heeft.  Toegeven door ruimte te geven, is geen blijk van zwakte, maar van kracht.

Onderaan de trap wacht ik op jou. Ik kijk je aan. Ik zie dat je het begrepen hebt. 


]]>
<![CDATA[De roep van de berg]]>Fri, 30 May 2025 05:56:44 GMThttp://www.hofkes.ch/de-geur-van-toen/de-roep-van-de-bergAfbeelding
Hoger en hoger gaan wij, de laatste boom voorbij. De lucht houdt een belofte in. De top hoog boven ons, maar niets lijkt ons te ver. Jij loopt in ritme met mijn stap, voet en poot in samengang. Geen woorden zijn nodig om te zeggen wat wij voelen. Oh, konden wij altijd zo verder gaan in deze cadans van harmonie.


Plots daalde een grote, zwarte schaduw over ons. Ik kijk op en zie zijn klauwen, zijn grote gekromde snavel, ik zie zijn felle blik strak op jou gericht. Jij zag het ook, ik zag jouw blik. Toen keek je naar mij. Wees niet bang, mijn hond. Ik laat jou niet gaan. ik ga met jou mee tot in het nest van de adelaar. Wij zullen zweven hoog boven ons naar onbekende verten en in onze harten zal geen angst, maar enkel de vreugde van ongekende vrijheid zijn


]]>